vrijdag 14 maart 2008
dinsdag 11 maart 2008
zondag 9 maart 2008
‘Wat doet u?’ ‘in het dagelijks leven, ik.’ ‘dagelijks zegt u, is het dan zo dat u het leven opdeelt in stukken van telkens 24 uur?’ ‘als u mij laat dan uitspreken dan..’ ‘ho maar. Ik bedoelde het heus niet zo, mijn beste. Heeft u mijn moeders taart al eens geproefd? Zij schijnt de beste van de ganse streek te zijn.’ ‘in mijn leven heb ik vaak tegenslag gekend. Ik dineerde, om het dan plastisch uit te drukken, met de duivel.’ ‘interessant.’ ‘dat lijkt me zeer waar.’ ‘wanneer stierf uw moeder?’ ‘mijn moeder is nog niet gestorven. Het is zelfs zo dat heel mijn gezin en de ganse familie nog in leven is. Alleen ik heb vaak aan een zijden draadje gehangen, maar ik wist mezelf steeds uit de put te trekken. Nu ben ik directeur, van een grote bank.’ ‘ik las nochtans over uw moeder dat..’ ‘dat zal een verkeerd bericht geweest zijn.’ ‘nu goed, ik wilde u enkel over uw moeder bevragen.’ ‘nochtans kan ik over mezelf het een en ander vertellen. Ik sliep vroeger enkel op de grond, omdat ik van een koortsig type mens ben.’
De cameraman kijkt twijfelend naar de regisseur. Deze is ziedend. Niet alleen moest hij de acteurs enorm veel betalen, ook houden zij zich niet aan hun script en improviseren op erbarmelijke wijze. ‘zouden de heren zo goed willen zijn om hun teksten de volgende keer beter te kennen?’
Acteur 1 repliceert. ‘excuseer, meneer de regisseur. Het script rammelt langs iedere zijde en leidt nergens toe. Hoe dan ook, onze inbreng is van veel frissere aard. De spontaniteit is belangrijk in dit soort speelfilms.’